Duizenden jaren lang hebben mensen honden gefokt met de fysieke en mentale eigenschappen die het best geschikt waren voor het werk dat van hen werd verwacht. De slanke Greyhound-typen die zijn gefokt om snelvoetige prooien te achtervolgen, en de enorme mastiff-typen die worden gebruikt als waakhonden en krijgers, zijn twee oude voorbeelden van honden die voor specifieke taken zijn gefokt.
Naarmate mensen geavanceerder werden, deden hun honden dat ook. Uiteindelijk ontstonden er specifieke hondenrassen, op maat gefokt om aan de lokale behoeften en omstandigheden van de fokkers te voldoen. De Greyhound was bijvoorbeeld het basistype voor de immense Ierse Wolfshond en de sierlijke Italiaanse Greyhound. Alle drie hebben ze een duidelijke familiegelijkenis, maar je zou de een nooit voor de ander aanzien.
Dus, wanneer is een ras dan een ras en niet alleen een soort of type hond? De eenvoudigste manier om een ras te definiëren, is door te zeggen dat het altijd 'echt fokt'. Dat wil zeggen, het fokken van een rasechte Ierse Setter met een andere raszuivere Ierse Setter zal altijd honden produceren die direct herkenbaar zijn als Ierse Setters.
De ideale fysieke eigenschappen, beweging en temperament van elk ras zijn vastgelegd in een schriftelijk document dat een 'rasstandaard' wordt genoemd. De hondenrassen beschrijft bijvoorbeeld de eigenschappen die een Cocker Spaniel tot een Cocker Spaniel maken en niet tot een Springer Spaniel.
Meer informatie over de hondenkoelmat vind je hier!